Leveranciers van bestaande PLUS huismerkproducten, die bij het ondertekenen van dit document nog niet voldoen aan de eisen gesteld in deze voorwaarden, dienen dit bij PLUS aan te kaarten. Er wordt dan gezamenlijk een plan van aanpak opgesteld om aan deze voorwaarden te voldoen.
Van alle leveranciers wordt verwacht dat zij actief en transparant de duurzaamheidsdata aanleveren in GS1 en Impact Buying, die nodig is om te voldoen aan de duurzaamheidswetgeving (zoals o.a. Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD), Regulation on Deforestation-free Products (EUDR), Directive on corporate sustainability due dilligence (CSDDD) en de Packaging and Packaging Waste Regulation (PPWR)). Deze data gebruikt PLUS om aan te tonen dat aan de wettelijke eisen wordt voldaan en om de voortgang te monitoren.
Als basisvoorwaarde qua duurzaamheid marktconformiteit hanteert. Het product dient minimaal gelijkwaardig te zijn qua duurzaamheidsaspecten als vergelijkbaar referentartikel. Dit geldt ook bij een productwijziging, hierbij geldt, eens verduurzaamd, blijft verduurzaamd.
Voor enkele hieronder gespecificeerde ingrediënten hanteert PLUS specifieke eisen. PLUS verwacht van leveranciers dat zij voldoen, dit wordt ook geverifieerd. Leveranciers zijn zelf verantwoordelijk om de gevraagde certificatie up-to-date te houden en tijdig voor de her-certificatie te zorgen.
Voor sommige producten gelden ook ambities voor de toekomst, van leveranciers wordt verwacht dat zij zich inspannen om aan deze ambities te gaan voldoen.
8.1 Ingrediënt specifieke voorwaarden
8.1.1 Vlees
Zie ook paragraaf 8.1.6 Soja voor aanvullende eisen op veevoeder.
Verse kipproducten, kippenvleesbereidingen, kipvleeswaren en verwerkte producten die >5% kip bevatten, moeten voldoen aan de eisen van het Beter Leven Keurmerk
Verse varkensvleesproducten, varkensvleesbereidingen en varkensvleeswaren moeten voldoen aan de eisen van IFS PIA én het Beter Leven Keurmerk, met uitzondering van producten met een BOB (Beschermde Oorsprongsbenaming), GTS (Gegarandeerde Traditionele Specialiteit) of BGA (Beschermde Geografische Aanduiding) logo.
Producten die >5% varkensvlees bevatten moeten voldoen aan de eisen van het Beter Leven keurmerk.
Verse runder/kalf producten, - bereidingen, vleeswaren en verwerkte producten die >5% rund/kalf bevatten moeten voldoen aan de eisen van het Beter Leven Keurmerk.
Het gebruik van paardenvlees is niet toegestaan.
Voor vers (bewerkt en onbewerkt) vlees zal de gehele keten tot en met de slachterij inzichtelijk en GFSI gecertificeerd moeten zijn. Wanneer er vlees van buiten Nederland wordt betrokken zal er additioneel nog een auditrapport van bezoek first tier aan slachterij aangeleverd moeten worden aan Impact Buying.
8.1.2 Vis, schelp- en schaaldieren en weekdieren
Vis, schelp- en schaaldieren en weekdieren: MSC, ASC, Global G.A.P. aquaculture, biologisch of als 'groen' beoordeeld op de Viswijzer voor producten >5% vis bevatten.
8.1.3 Eieren
Alle verse consumptie eieren hebben minimaal Beter Leven Keurmerk 1 ster.
Alle verwerkte eieren zijn minimaal scharreleieren, maar bij voorkeur vrije uitloop eieren.
8.1.4 Zuivel en kaas
Alle dagverse en houdbare zuivel en zuivelproducten op basis van melk of vloeibare melkbestanddelen (exclusief buitenlandse kaas) moeten gemaakt zijn van weidemelk, volgens certificering Weidegang.
Alle dagverse zuivel van het PLUS huismerk is biologisch.
Ambitie:
PLUS wil 75% van alle zuivelproducten (incl. binnenlandse kaas, maar excl. overige kaasproducten) PlanetProof of vergelijkbaar gecertificeerd hebben in 2025. PLUS wil alle zuivelproducten (excl. Buitenlandse kaas) PlanetProof, Beter Leven of Biologisch gecertificeerd hebben in 2030.
8.1.5 Palmolie
Producten die >5% palmolie bevatten, moeten minimaal RSPO mass balance en bij voorkeur segregated palmolie bevatten.
8.1.6 Soja
Producten die >5% soja bevatten moeten RTRS, Europe Soja/Donau of Proterra gecertificeerd zijn.
Ambitie:
Veevoeder: PLUS wil uiterlijk in 2025 naar conversie en ontbossingsvrije soja in haar dierlijke ketens (rood vlees, kip, eieren en zuivel (inclusief kaas)) in lijn met de CBL-ambitie. Soja in veevoer uit Latijns-Amerika dient RTRS Mass Balance chain of custody of vergelijkbaar gecertificeerd te zijn.
8.1.7 Noten
Alle producten die >5% hazelnoten bevatten dienen Fairtrade of Rainforest Alliance gecertificeerd te zijn.
Ambitie:
PLUS wil uiterlijk in 2030 naar 100% duurzaam gecertificeerde cashewnoten.
8.1.8 Koffie en thee
Alle koffie en thee dient Fairtrade gecertificeerd te zijn.
Producten met >5% koffie en/of thee als ingrediënt dienen Fairtrade of Rainforest Alliance gecertificeerd te zijn.
Ambitie:
PLUS wil uiterlijk in 2025 naar aantoonbaar leefbaar loon voor het thee assortiment.
8.1.9 Cacao
In de basis dienen alle producten met cacao Fairtrade gecertificeerd te zijn. De procentuele verdeling van landen van oorsprong waar cacao wordt gesourced, dient te worden vastgelegd in de Impact Buying portal.
Producten met <2% aandeel cacao, waarbij cacao niet visueel zichtbaar is en niet in de commerciële en wettelijke benaming staat, vormen een uitzondering hierop.
Ambitie:
PLUS heeft het Dutch Initiative on Sustainable Cocoa (DISCO) convenant ondertekent en wil daarmee voldoen aan de volgende doelstellingen:
- Tegengaan van ontbossing en bijdragen aan restoratie van land en bos per 2025.
- Beëindigen van kinderarbeid in de keten per 2025.
- Leefbaar inkomen voor families betrokken bij de cacaoproductie per 2030.
8.1.10 Rijst
Basmati rijst moet Sustainable Rice Platform (SRP) of Fairtrade gecertificeerd zijn.
Biologische rijst is naast biologisch ook Fairtrade gecertificeerd.
8.1.11 Sappen
Alle PLUS IJsthee bevat Fairtrade gecertificeerde thee.
Ambitie:
PLUS stuurt in lijn met het Sustainable Juice Convenant op 100% duurzame sappen in 2030. Duurzame sappen betekent:
- Boeren moeten gecertificeerd zijn volgens minimaal SAI/FSA brons of gelijkwaardig volgens de benchmark van FSA;
- De verwerkende vruchtsappenindustrie moet gecertificeerd zijn volgens ETI/SMETA, SA-8000 of gelijkwaardige standaard.
8.1.12 AGF en granen
Alle bananen dienen Fairtrade of Rainforrest Alliance gecertificeerd te zijn.
Aardappelen, groenten, fruit en graanproducten die aan PLUS worden geleverd, mogen maximaal 50% van de wettelijk toegestane hoeveelheid gewasbeschermingsmiddelen bevatten (50% van de wettelijke Maximale residu level). PLUS stelt aanvullende eisen met betrekking tot gewasbeschermingsmiddelen. Deze lijst is op te vragen bij afdeling Kwaliteit Huismerk.
Voor AGF-producten verplicht PLUS inzicht in de keten tot tenminste teler en/of telergroep en pakstation. Leveranciers van productgroepen die uit onze due diligence studie naar voren zijn gekomen als prioriteit moeten de maximaal mogelijke transparantie geven van hun keten tot aan de boer(en).
Ambitie:
- PLUS wil voor alle AGF uit Europa 100% PlanetProof of biologische certificering in 2025.
- PLUS wil uiterlijk in 2025 naar 75% aantoonbaar leefbaar loon voor bananen.
- Voor AGF producten geldt dat indien de locatie van de teler of telergroep in een hoog waterrisicogebied ligt volgens SIFAV, PLUS watercertificering verplicht per einde 2026. De geaccepteerde standaarden zijn volgens SIFAV water basket of standards. De geaccepteerde standaarden zijn:
- Alliance for Water Stewardship (AWS) standard V 2.0
- Biosuisse, CAEE + Global GAP combined audit
- Fairtrade standard (small-scale producer Organizations)
- GlobalGAP + SAI Farm Sustainability Assessment (FSA) add-on
- GlobalGAP + SIZA Environmental Standard Addon
- GlobalGAP + SPRING Add-on
- Leaf Marque
- Naturland
- On the Way to Planet Proof + GlobalGAP combined audit
- Rainforest Alliance Agriculture Standard 2020
- SAI Farm Sustainability Assessment (FSA) V 3.0
- SIZA Environmental Standard, Sustainably Grown V 3.0.
8.2 Arbeidsomstandigheden en mensenrechten
Voor private label producten (exclusief AGF) geldt dat als de last stage of production before packaging in een hoog risicoland ligt volgens Amfori/BSCI, PLUS sociale compliance evidence verplicht. De geaccepteerde standaarden zijn:
BRCGS social
BSCI
ETI/SMETA
Fairtrade
Global
Aquaculture Alliance (GAA)
ICS
Rainforest Alliance
SA 8000
SIZA Sustainably Grown
WIETA.
Daarnaast worden alle Social Compliance standaarden goedgekeurd door SSCI ook geaccepteerd door PLUS.
Voor tomatenconserven geldt dat als de locatie van de teler, telergroep of pakstation in een middel risicoland ligt, PLUS sociale compliance evidence verplicht. De geaccepteerde standaard is GlobalGAP GRASP 2.0.
Voor AGF producten geldt dat als de locatie van de teler, telergroep of pakstation in een midden of hoog risicoland ligt volgens SIFAV, PLUS sociale compliance evidence verplicht. De geaccepteerde standaarden zijn volgens SIFAV basket of social standards. De geaccepteerde standaarden voor hoog risicolanden zijn:
Fairtrade
ETI/SMETA
IMO Fair for life and For life
SA8000
BSCI
SCS-sustainably grown
SAN/Rainforest Alliance
SIZA.
De geaccepteerde standaarden voor medium risicolanden of smallholders zijn bovenstaande geaccepteerde standaarden voor hoog risicolanden en aanvullend:
FSA
Global Gap-GRASP
Global Gap-FSA add on
De leverancier is verplicht social compliance evidence aan te leveren middels een bestaand social compliance audit rapport en enkel als deze niet is geleverd, kan een certificaat geaccepteerd worden. De auditrapporten worden geanalyseerd op de non conformiteiten. Indien deze verband houden met onze dealbreakers child labor and young workers (kinderarbeid) en forced, bonded, indentured and prison labor (gedwongen arbeid) wordt direct contact opgenomen met de leverancier om gezamenlijk te bepalen welke stappen genomen kunnen worden. Wanneer verbetering uitblijft, heeft dat gevolgen voor het voorzetten van de samenwerking.
Transparantie in de keten
Op de website publiceert Superunie een wereldkaart met een overzicht van onze contractleveranciers van eigen merken. Hierop worden de volgende gegevens vermeld: bedrijfsnaam, productcategorie, adres, plaatsnaam en land. Bent u een contractleverancier van eigen merken, dan zullen bovenstaande gegevens op de website zichtbaar zijn. Voor private label producten verplicht Superunie inzicht in de keten tot tenminste 'last stage of production before packaging'. Dit wordt vastgelegd in de portal van ImpactBuying. Voor AGF-producten verplicht Superunie inzicht in de keten tot tenminste teler en/of telergroep en pakstation. Leveranciers van productgroepen die uit onze due diligence studie naar voren zijn gekomen als prioriteit moeten de maximaal mogelijke transparantie geven van hun keten tot aan de boer(en). Dit inzicht in de keten dient altijd up-to-date te zijn voor alle producten. Zonder toestemming van Superunie is het niet toegestaan de productie op een andere locatie te laten plaatsvinden dan overeengekomen en vastgelegd in de productspecificatie. Voor het gedeelte eigen inkoop door PLUS ligt de volledige verantwoordelijkheid bij onszelf. Daar hebben we de verantwoordelijkheid om de keten zelf te controleren als grondstoffen uit hoog- of medium risicolanden komen en hier controles voor in te richten (Due Dilligence/HRIA’s, klachten mechanisme, actieplannen bij misstanden etc.). De informatie moet zelf bijgehouden worden en gerapporteerd. Van leveranciers van producten met grondstoffen uit hoog- of medium risicolanden verwachten wij dat zij de maximaal mogelijke transparantie geven van hun keten tot aan de boer(en).
8.3 Klimaat
Het duurzaamheidsbeleid van Superunie maakt integraal onderdeel uit van de verduurzamingsaanpak van PLUS.
Superunie heeft de doelstelling om in 2030 indirecte CO2-emissies in onze keten met 30% te reduceren ten opzichte van 2022. Uitvoering van dit klimaatplan leidt ook tot reductie van de CO2-uitstoot van het assortiment van PLUS voor deze categorieën. We willen deze reductie behalen met onder andere maatregelen in de volgende productketens:
* zuivelketens met een reductie van ca. 8%;
* varkensvleesketens met reductie van ca. 7%;
* graanproductketens met reductie van ca. 4%;
* eiwittransitie met een reductie van ca. 10%;
* A-merken met een reductie van ca. 5%.
We verwachten van onze leveranciers dat ze maatregelen in hun ketens doorvoeren om deze reducties te realiseren op basis van een transitieplan in samenwerking met Superunie. In aanvulling hierop zal PLUS voor eigen inkoop door PLUS nog CO2 reductiedoelstellingen definiëren. Van leveranciers die producten leveren aan PLUS die deze doelstellingen raken verwachten we dat ze maatregelen in hun ketens doorvoeren om deze reducties te realiseren op basis van een transitieplan in samenwerking met PLUS.
8.4 Duurzame verpakkingen
PLUS verwacht dat de verpakkingen van leveranciers bijdragen aan het halen van de doelstellingen in het verpakkingsbeleid door het kiezen van de juiste materiaalsoort en door deze dusdanig in te zetten, dat de verpakking optimaal recyclebaar is.
Uiteraard moeten de verpakte producten voldoen aan wetgeving. De uitgebreide producent verantwoordelijkheid (UPV) verplicht PLUS om aangifte afvalbeheerbijdrage (ABB) te doen en kan daarmee gebruik maken van de kortingsregeling voor plastic verpakkingen die goed recyclebaar zijn (Regeling Tariefdifferentiatie).
Wetgeving en aanvullende regelingen helpen bij het behalen van de PLUS doelstellingen.
Wetgeving:
Verpakkingen en verpakkingsafval van PLUS huismerk producten voldoen aan alle Europese en nationale wetten zoals bijvoorbeeld:
PPWR: de Europese Verordening voor Verpakkingen en Verpakkingsafval
SUPD: Besluit kunststofproducten voor eenmalig gebruik
Besluit Beheer Verpakkingen
Verpakkingsinformatie voor conformiteitsbeoordelingsprocedure:
Alle merkeigenaren, en dus ook PLUS, zijn verplicht om aan te tonen dat de verpakking optimaal is voor het te verpakken product en de impact op het milieu minimaal is. Vanaf 12 augustus 2026 is voor alle verpakkingen technische documentatie beschikbaar om de conformiteit met de PPWR te beoordelen en waaruit een verklaring volgt dat de verpakking voldoet aan de PPWR. Enkel een verklaring zonder onderbouwing is onvoldoende. Een risicobeoordeling is onderdeel van de documentatie. Als er aspecten zijn aan de verpakkingen die (nog) niet voldoen aan de PPWR dient een verbeterplan aanwezig te zijn bij de leverancier. De leverancier moet de informatie aan PLUS kunnen leveren als een handhavingsinstantie een verzoek indient.
Verpakkingsinformatie voor ABB, Regeling Tariefdifferentiatie en monitoring doelstellingen
Verpakkingseigenschappen worden uitgevraagd in portals, zoals bijvoorbeeld SIM en GS1. Leverancier is verantwoordelijk om de informatie juist in te vullen en actueel te houden, zodat een correcte aangifte Afvalbeheerbijdrage ingediend kan worden en de onderbouwing voor de korting op het plastic tarief geaccepteerd wordt door Verpact. Daarnaast zal deze informatie worden gebruikt voor monitoringsdoeleinden en rapportages.
Bekijk hier de details over het PLUS verpakkingsbeleid.
Doelstellingen voor 2025:
In het verpakkingsbeleid van PLUS staan vier doelstellingen centraal. Deze doelstellingen gelden niet alleen voor PLUS; ze sluiten aan op de doelstellingen van SuperUnie, CBL, en het Plastic Pact. De percentages gelden ten opzichte van 2017:
20% minder verpakking Deze doelstelling wordt gemeten in kilogrammen per miljoen artikelen verkocht. Als verpakking echt nodig is, zorg dan dat deze geoptimaliseerd is.
Hernieuwbaar waar mogelijk PLUS wil materiaal gebruiken zonder fossiele oorsprong en materiaal dat weer opnieuw kan groeien. Denk hierbij aan papier en karton, suikerriet en andere vezels.
95% recyclebaar 95% van de verpakkingen is recyclebaar. Dit betekent dat afval opnieuw is in te zetten als grondstof door apart in te zamelen en te verwerken binnen de huidige inzamel- en sorteersystemen.
50% recyclaat in plastic verpakkingen Recyclaat is materiaal afkomstig van eerder gebruikte plastic verpakkingen.
Om de doelstellingen te halen, focust PLUS zich op vier aspecten: minder, fossielvrij, circulair, eerlijk en volledig. Deze worden op de volgende pagina’s verder toegelicht. Tot slot wordt er ook ingegaan op materialen die PLUS niet wil gebruiken.
Minder – Laat weg waar mogelijk
Zonder verpakking?
Hoe minder verpakkingsmateriaal gebruikt wordt, hoe lager de milieu-impact. Maar verpakkingen hebben wel een functie. (Deels) weglaten van verpakkingen kan alleen als dat niet ten koste gaat van de belangrijkste functies die een verpakking heeft:
* Voorkomen van productverspilling
* Borgen van de productveiligheid
* Beschermen van het product tijdens transport en opslag
* Communiceren/informeren, (wettelijk) verplicht en commercieel
Kleiner, lichter, dunner?
Heb je verpakkingsmateriaal nodig voor bovenstaande functies? Zorg er dan voor dat de verpakking optimaal is: zo klein, licht en dun mogelijk.
Zonder wegwerpplastic (SUP)?
In 2021 is de Europese Single Use Plastic Directive (SUP-richtlijn) ingegaan, die als doel heeft de milieu-impact van wegwerpplastics in zwerfafval te verminderen. Om dit doel te bereiken omvat deze richtlijn een pakket aan maatregelen voor producenten en retailers. PLUS wil verpakkingen zonder onnodig wegwerpplastic en prefereert verpakkingen die niet onder de SUP-wetgeving vallen.
Herbruikbaar/met statiegeld?
Wellicht is herbruikbaar mogelijk, al dan niet met statiegeld. In veel gevallen hebben herbruikbare verpakkingen minder CO2-uitstoot dan eenmalige verpakkingen. Wetgeving stimuleert hergebruik van verpakkingen ook. Voorbeelden van herbruikbaar zijn herbruikbare AGF-zakjes, statiegeldpotten en -bierflesjes.
Fossielvrij – Kies voor hernieuwbaar
Hernieuwbaar
Fossiele bronnen (aardolie, aardgas, steenkool en bruinkool) zijn eindig. Bekende materialen van hernieuwbare bronnen zijn papier en karton. Hernieuwbare materialen in opkomst zijn cellulose, en kunststoffen gemaakt van (mais)zetmeel of suikerbieten (biobased).
PLUS kiest graag voor hernieuwbare materialen, wel met twee voorwaarden. Ten eerste mogen deze materialen niet concurreren met voedselproductie. Dit kan door plantaardige resten te gebruiken. Ten tweede moeten ze goed te recyclen zijn binnen de huidige inzamel-, sorteer- en recyclesystemen, en dus te vermengen zijn met traditionele plastics.
Papier en karton
Papier en karton worden gemaakt van hernieuwbare bronnen. Het is belangrijk dat de productie gecertificeerd is (FSC of PEFC).
Biobased plastic
Plastic kan gemaakt worden uit plantaardige bronnen: biobased plastic. De term “biobased” betekent niet meteen dat het ook composteerbaar of biologisch afbreekbaar is. Biobased zegt alleen iets over de oorsprong van het materiaal. Een voorbeeld van biobased plastic is PEF. PEF lijkt op PET, maar is gemaakt van plantaardige suikers en het kan gemengd worden met PET in de recycling. Er kan een onderscheid worden gemaakt tussen composteerbare en niet-composteerbare biobased plastics. Composteerbare bioplastics zijn niet goed recyclebaar in de reguliere recyclestromen, en daarom in de meeste toepassingen ongewenst.
Circulair – Maak goed recyclebaar en gebruik recyclaat
PLUS zet in op circulariteit. In eerste instantie moeten verpakkingen goed recyclebaar zijn. Daarnaast is gebruik van recyclaat belangrijk om de kringloop te sluiten. PLUS stimuleert daarom het gebruik van gerecycled materiaal. Het gebruik van recyclaat wordt in de benaming aangeduid met een ‘r’, zoals bij rPET.
KIDV Recyclecheck
Om te bepalen of een kunststof verpakking goed recyclebaar is, maakt PLUS gebruik van de KIDV Recyclechecks voor kunststof verpakkingen, papier, karton, glas en metaal. Door de recyclecheck te gebruiken wordt inzichtelijk hoe goed een verpakking te recyclen is. Voor “goed recyclebare” plastic verpakkingen kan een korting op de afvalbeheerbijdrage gelden, afhankelijk van de recyclebaarheid afhankelijk van het aandeel recyclaat dat is gebruikt. Hieronder volgen een aantal belangrijke eigenschappen van goed recyclebare verpakkingen.
Kleurloos (r)PET, PE of PP
Hoe lichter de kleur van plastic verpakkingen, hoe beter het materiaal gebruikt kan worden als recyclaat.
Mono materialen
Mono materialen bestaan uit één materiaalsoort. Als meerdere materialen verwerkt worden in één verpakkingscomponent zijn deze vaak niet van elkaar de scheiden en te sorteren in de juiste afvalstroom en dus niet goed te recyclen.
PE- of PP- etiketten op plastic verpakkingen
Gebruik op flexibele plastic verpakkingen een etiket dat van hetzelfde materiaal is als de verpakking. Voor vormvaste plastic verpakkingen hebben PE- of PP- labels de voorkeur (ook op PET). Papieren etiketten op plastic verpakkingen verstoren het recycleproces. Papieren etiketten op een papieren verpakking is weer wel goed.
Goed recyclebare materialen zoals glas/blik/aluminium
We hebben in Nederland goede inzamel-, sorteer- en recyclestromen voor aluminium, papier en glas. Deze materialen krijgen de voorkeur, want de recyclepercentages zijn i het algemeen veel hoger dan voor plastic.
Eerlijk en volledig – Communiceer transparant
Volledige specificaties
PLUS heeft alle informatie over de verpakkingen nodig van leveranciers om de doelstellingen voor 2025 te kunnen monitoren. Dit gaat bijvoorbeeld over het type materiaal, de hoeveelheid recyclaat en het gewicht.
Essentiële Eisen
Voor zowel de producent als PLUS is het belangrijk om goede verpakkingskeuzes te maken en deze te verantwoorden. Verpakkingen moeten voldoen aan de zogenoemde ‘Essentiële Eisen’. Er moet aangetoond kunnen worden dat de verpakking optimaal is en geschikt voor hergebruik of recycling, zonder dat de belangrijkste functies verloren gaan. Voldoen aan deze eisen is wettelijk verplicht, en het sluit aan bij de verpakkingsdoelstellingen van PLUS. Met de juiste informatie van de leveranciers kan PLUS keuzes verantwoorden.
Weggooilogo’s
Weggooilogo’s worden op verpakkingen geplaatst, zodat de consument weet in welke afvalbak de verpakking na gebruik weggegooid kan worden. Deze logo’s zijn hier te vinden. Let op: de logo’s kunnen veranderen, dus check af en toe voor updates.
Transparante verpakkingsclaims
Steeds vaker wordt er gebruik gemaakt van (milieu)claims over de verpakking. Deze claims moeten aantoonbaar juist te zijn. Daarom besteedt PLUS aandacht aan de regels over verpakkingsclaims en hoe de claims gecommuniceerd worden. Hierbij kan de KIDV Factsheet over milieuclaims gebruikt worden.
Geen materialen zoals PVC, PLA, PS, zwart plastic, aluminium lagen
Bovengenoemde verpakkingsmaterialen zijn lastig te recyclen en daarom zet PLUS ze niet in.
PVC (Polyvinylchloride)
Als PVC in verpakkingsmateriaal wordt toegepast, verstoort dit de recycling van andere kunststoffen. PVC in de recyclestroom van andere kunststoffen veroorzaakt een ongewenste chemische reactie. Door de vorming van zoutzuur ontstaat schade aan de recyclingapparatuur.
PLA (Poly Lactic Acid)
PLA verontreinigt bestaande recyclingsystemen. PLA heeft een laag smeltpunt en is moeilijk te scheiden van andere kunststoffen zoals PP en PET. PLA moet dus apart ingezameld worden en in een aparte installatie gerecycled worden. Dit gebeurt nog niet op grote schaal, omdat het huidig volume van PLA in de markt te klein is om uitsorteren en recycling economisch aantrekkelijk te maken. PLA komt bij de afvalverwerking in de reststroom, waardoor er geen nieuwe verpakkingen meer van worden gemaakt. Het wordt samen met restafval verbrand. Daarnaast is PLA uitsluitend industrieel composteerbaar. Het breekt niet snel af in de natuur. In industriële composteringsfaciliteiten kunnen condities gecreëerd worden waarin PLA kan composteren.
PS (Polystyreen)
PS kan niet gerecycled worden en frustreert het recycleproces van andere kunststoffen. Verpakkingen van PS komen bij de sortering van afval ook in de reststroom terecht. Daar kunnen geen nieuwe verpakkingen meer van worden gemaakt.
Zwart plastic
Zwart plastic dat is gekleurd met “carbon black”, kan in de sorteerinstallaties niet herkend worden en dus wordt het niet gerecycled. Alle andere kleuren, die worden herkend door infrarood, zijn wel mogelijk. Kleurloos heeft echter de voorkeur.
Aluminium lagen
Met aluminium lagen wordt hier bedoeld materiaal waarbij aluminium gecombineerd is met plastic. Kunststof verpakkingen met bijvoorbeeld dun laagje aluminiumfolie, veroorzaken problemen bij de recycling. Deze verpakkingen worden beschouwd als niet recyclebaar.
8.5 Gezondheid
Goed Eten is gezond eten. PLUS vindt het belangrijk om gezonde voeding te stimuleren. Als supermarkt willen we onze klanten helpen een gezondere leefstijl te ontwikkelen. Daarom zetten we ons in om de bewustere, verantwoorde en gezondere keuze makkelijker te maken. Dat doen we door ons assortiment continu te verbeteren en onze klanten te informeren over gezondere keuzes.
Van onze leveranciers van PLUS huismerkproducten verwachten we dan ook de PLUS huismerkproducten verbeteren qua samenstelling op het gebied van gezondheid. Hiervoor hanteren wij de volgende uitgangspunten:
PLUS implementeert het voedselkeuze logo Nutri-Score op alle PLUS huismerkverpakkingen.
De PLUS huismerkproducten dienen minimaal gelijkwaardig of beter te zijn met het referent artikel/artikelen qua voedingswaarden (zout, verzadigd vet, suiker) én Nutri-Score
Bij een doorontwikkeling van een product mogen de voedingswaarden en Nutri-Score nooit verslechteren.
We volgen de afspraken vanuit de Nationale Aanpak Product Verbetering (NAPV) en de afspraken eerder gemaakt het Akkoord Verbetering Productsamenstelling (AVP) blijven gelden. We streven hierbij naar een zo laag mogelijke trede van het NAPV, liefst trede 1 of 2. Van leveranciers wordt verwacht dat zij hier rekening mee houden bij de ontwikkeling van de producten.
Voor vleesvervangers is het uitgangspunt dat deze voldoen aan de richtlijnen Schijf van Vijf. Dit betekent dat ze verrijkt zijn met ijzer en vitamine B12 en dat ze minimaal voldoen aan de voedingsclaim bron van eiwit.
We vermelden waar mogelijk een vegetarisch of veganistisch logo op de producten of noemen het plantaardig. Hierbij hanteren we de volgende definities:
Vegetarisch: vegetarische producten zijn producten waar geen dieren of delen van dieren (inclusief additieven afkomstig van dierlijke grondstoffen) in verwerkt zijn.
- Veganistisch: Veganistische producten zijn producten waar geen ingrediënten van dierlijke oorsprong in verwerkt zijn.
- Plantaardig: zelfde uitgangspunt als veganistisch, alleen wordt het product specifiek gepositioneerd als een plantaardig alternatief voor een dierlijke invulling.
Gebruik van AZO kleurstoffen zijn niet toegestaan, m.u.v. fototaarten.
Alle producten en ingrediënten dienen Nano en GMO-vrij te zijn.
Waar dit op basis van de samenstelling kan, plaatsen we een glutenvrij en lactosevrij logo op de verpakking.
In de bereidingswijze/recepttips op de verpakking gaan we uit van een vegetarische bereiding. Leverancier dient dit ook als dusdanig aan te leveren in de productspecificatie in SIM.
Ambitie: maaltijden van het submerk “Uit de Keuken van PLUS” bevatten min. 25g eiwit per maaltijd en 5,5g eiwit per 100g.
We plaatsen geen voedings- en gezondheidsclaims op producten die in de perceptie niet zo gezond zijn. We vermelden alleen wat er in zit bijv. ‘bevat natuurlijke kleur- en smaakstoffen’ (en dus niet “Zonder kunstmatige kleur- en smaakstoffen”)